Het cadeau was typerend voor Conny: hij was aardig, attent ook, zeer professioneel en hij hield van droge humor. Dus toen hij eind jaren negentig weer eens in Bagdad was geweest vanwege een Amerikaans bombardement, nam hij voor alle leden van de buitenlandredactie van RTL Nieuws een Saddam-souvenir mee. Het maakte hem nog geliefder bij zijn collega’s dan hij al was.
Conny was een correspondent zonder pretenties. Hij had moeite om een lopende zin in het Nederlands te schrijven. Dus voor hij in Jeruzalem een voice-over insprak, stuurde hij de tekst even naar de redactie in Hilversum voor correctie. Hij kende zijn zwaktes, en deed daar niet moeilijk over. Daarmee was hij een uitzondering, want veel journalisten zijn bang om zich kwetsbaar op te stellen, zeker als het gaat om hoe ze schrijven.
Zo lastig als Conny het soms had met het woord, zo sterk was hij met het beeld. In die zin heeft hij de verslaggeving over het Midden-Oosten een vernieuwende impuls gegeven. Hij had een zeer goede neus voor hard nieuws en was vaak als eerste ter plaatse als er een bom ontplofte of als er rellen uitbraken. Conny was ook nergens bang voor, in tegenstelling tot sommige NOS-correspondenten, die de Palestijnse gebieden nauwelijks in durfden te gaan. In die tijd werden Palestijnen nog ‘Arabieren’ genoemd, en werden ze niet weggezet als ‘radicale moslims’ zoals Wilders en zijn vriend Verhagen plegen te doen. In die zin was Conny ook verfrissend onpartijdig in het overpartijdige Midden-Oosten: hij hield zich verre van de politieke spelletjes en filmde hij hoe het conflict de gewone mensen raakte. Een echte civil journalist, die hield van mensen en het leven. Dat hij niet oud zou worden zal vermoedelijk weinigen hebben verbaasd. Het harde werken, de spanningen en de drank eiste zijn tol. Hij zal worden gemist door zijn familie en collega’s – vijanden had hij niet.
Robert Slagt
0 Comments